Sophie

Sophie

distrib > Mandriva > 2010.0 > i586 > media > contrib-release > by-pkgid > d667a145d78a93cee78c5358ca99c039 > files > 49

howto-text-nl-2006-5mdv2010.0.noarch.rpm


De Linux Installatie HOWTO

Eric Steven Raymond

   [1]Thyrsus Enterprises

       <[2]esr@thyrsus.com>

Vertaald door: Ellen Bokhorst

      <[3]bokkie@nl.linux.org>

   Copyright © 2000 Eric S. Raymond
   Wijzigingen
   Herziening 5.7 06-07-2002 Herzien door: esr
   Nieuwe vertalingen.
   Herziening 5.6 04-01-2002 Herzien door: esr
   Kleine correcties
   Herziening 5.6 06-09-2001 Herzien door: esr
   Sectie Vertalingen toegevoegd.
   Herziening 5.5 11-07-2001 Herzien door: esr
   PnP kaarten vormen niet langer een probleem.
   Herziening 5.4 14-06-2001 Herzien door: esr
   Link naar Post-installation HOWTO toegevoegd.
   Herziening 5.3 09-03-2001 Herzien door: esr
   Correcties voor diverse links.
   Herziening 5.2 22-02-2001 Herzien door: esr
   LDP Styleguide markup correcties.
   Herziening 5.1 29-01-2001 Herzien door: esr
   Kleine correcties voor de post-2.1 wereld.
   Herziening 5.0 21-07-2000 Herzien door: esr
   Eerste DocBook versie.

   In dit document wordt beschreven hoe Linux software te verkrijgen en
   installeren. Het is het eerste document dat een nieuwe Linux gebruiker
   zou moeten lezen om van start te kunnen gaan.
     _________________________________________________________________

   Inhoudsopgave
   [4]Introductie
   [5]Recente wijzigingen
   [6]De eenvoudigste optie: Koop, bouw niet
   [7]Voor je begint
   [8]Installatie overzicht
   [9]Installatie In Detail
   [10]Booten van je nieuwe systeem
   [11]Na je eerste boot
   [12]Administratieve zaken

Introductie

Doel van dit document

   Linux is een vrij distribueerbare implementatie van Unix voor goedkope
   personal computers (het werd op 386'rs ontwikkeld, en ondersteunt nu
   de 486'r, 586'r, Pentium, PowerPC, Sun Sparc, ARM en DEC Alpha
   hardware, en zelfs de IBM System 390 mainframe!). Het ondersteunt een
   breed bereik aan software, waaronder X Window, Emacs, TCP/IP
   networking (inclusief SLIP), en veel applicaties.

   Voor dit document wordt verondersteld dat je eerder van Linux hebt
   gehoord en het je bekend is, en dat je het draaiend wilt krijgen. Het
   richt zich op de Intel gebaseerde versie, welke het populairst is,
   maar veel van de adviezen gelden tevens voor Power PC's, Sparcs en
   Alpha's.
     _________________________________________________________________

Vertalingen

   Dit document is vertaald naar het [13]Catalaans en [14]Sloveens en
   [15]Tjechisch
     _________________________________________________________________

Andere informatiebronnen

   Er zijn verscheidene bronnen met basisinformatie over het systeem
   mocht Linux nieuw voor je zijn. De beste plaats om hiernaar te zoeken
   is op de homepage van het [16]Linux Documentatie Project. Je kunt de
   [17]laatste versie van dit document daar vinden.

   Je zult waarschijnlijk beginnen met het doorbladeren van de bronnen
   onder General Linux Information; de Linux
   [18]http://www.linuxdoc.org/HOWTO/INFO-SHEET.html en de Linux
   [19]http://www.linuxdoc.org/HOWTO/META-FAQ.html. Het document `Linux
   Frequently Asked Questions' bevat veel algemene vragen (en
   antwoorden!) over Linux---als nieuwe gebruiker moet je het beslist
   lezen.

   Het Linux Documentatie Project schrijft een set handleidingen en
   boeken over Linux, allen vrij distribueerbaar op het net die
   beschikbaar zijn vanaf de LDP homepage.

   Het boek ``Linux Installation and Getting Started'' is een complete
   leidraad om Linux te verkrijgen en te installeren, als ook hoe het
   systeem te gebruiken als het eenmaal is geïnstalleerd. Hierin is een
   complete tutorial over het gebruiken en draaien van het systeem
   opgenomen, plus heel wat meer informatie dan hierin is opgenomen. Je
   kunt het vanaf de homepage van het LDP doorbladeren of er een kopie
   van downloaden.

   Als laatste, er is een nogal technische [20]leidraad voor x86
   Bootstrapping. Dit document is nogal op NetBSD geöriënteerd in plaats
   van op Linux, maar bevat nuttig materiaal over het configureren van
   een disk en bootmanagers voor setups met meerdere besturingssystemen.

   Mail me alsjeblieft niet met vragen voor hulp bij de installatie.
   Zelfs al had ik de tijd om dergelijke verzoeken af te handelen, via
   mail problemen oplossen is veel minder efficiënt dan hulp vragen bij
   je plaatselijke Linux gebruikersgroep. Je kunt wereldwijde
   contactinformatie voor Linux gebruikersgroepen vinden op de [21]LDP
   site.
     _________________________________________________________________

Nieuwe versies van dit document

   Nieuwe versies van de Linux Installatie HOWTO zullen periodiek worden
   gepost naar comp.os.linux.help en comp.os.linux.announce en
   news.answers. Ze zullen ook naar diverse Linux WWW en FTP-sites worden
   geupload, waaronder de LDP homepage.

   Je kunt de laatste versie hiervan ook bekijken op het World Wide Web
   via de URL [22]http://www.linuxdoc.org/HOWTO/Installation-HOWTO.html.
     _________________________________________________________________

Feedback en Correcties

   Als je vragen of opmerkingen hebt betreffende dit document, mail dan
   gerust naar Eric S. Raymond, via <[23]esr@thyrsus.com>. Ik verwelkom
   alle suggesties en kritiek. Als je in dit document een fout vindt,
   laat me dit dan alsjeblieft weten zodat ik het in de volgende versie
   kan corrigeren. Bedankt.

   Mail me alsjeblieft geen vragen over hoe je hardware problemen, die je
   tijdens de installatie tegenkomt, kunt oplossen. Raadpleeg de Linux
   Installation and Getting Started, val je verkoper lastig, of raadpleeg
   de Linux nieuwsgroep [24]comp.os.linux.setup. Deze HOWTO is bedoeld
   als een snelle, probleemloze leidraad voor een normale installatie --
   een aparte HOWTO over hardwareproblemen en diagnoses is in bewerking.
     _________________________________________________________________

Recente wijzigingen

     * Toegevoegd de `Koop, bouw niet' sectie.
     * Toegevoegd het materiaal over het booten vanaf CD-ROM.
     _________________________________________________________________

De eenvoudigste optie: Koop, bouw niet

   Linux is nu volwassen genoeg, dat er systeemintegrators zijn die een
   werkstation voor je zullen assembleren, Linux erop installeren en het
   configureren en een intensieve burn-in test uitvoeren, voordat het aan
   je wordt afgeleverd. Als je meer geld dan tijd hebt, of je hebt
   strikte betrouwbaarheid of performance-eisen, voorzien deze
   integrators je in een waardevolle service door je de zekerheid te
   geven dat je geen hardware krijgt die onconventioneel is, of het zo
   kant-en-klaar na twee dagen begeeft.

   Voor degenen onder ons zonder een fantastisch budget gaat de rest van
   deze HOWTO over hoe je Linux zelf kunt installeren.
     _________________________________________________________________

Voor je begint

   Voordat je Linux kunt installeren, moet je er zeker van zijn dat je
   computer Linux capabel is en een te installeren Linux uitkiezen. De
   [25]Linux Pre-installation checklist kan je helpen je
   configuratiegegevens te organiseren voor je begint.
     _________________________________________________________________

Hardwarebenodigdheden

   Wat voor soort systeem heb je voor Linux nodig? Dat is een goede
   vraag; de feitelijke hardwarebenodigdheden voor het systeem wijzigen
   regelmatig. De [26]Linux Hardware-HOWTO, geeft een (min of meer)
   complete opsomming van hardware die door Linux wordt ondersteund. De
   [27]Linux INFO-SHEET voorziet in een andere lijst.

   Voor de Intel versies is een hardwareconfiguratie zoals de volgende
   benodigd:

   Een 80386, 80486, Pentium of Pentium II processor volstaat. Niet Intel
   klonen van de 80386 en daarboven zullen over het algemeen wel werken.
   Je hebt geen math processor nodig, alhoewel het fijn is als je er wel
   één hebt.

   De ISA, EISA, VESA Local Bus en PCI busarchitecturen worden
   ondersteund. De MCA bus architectuur (aangetroffen in IBM PS/2
   computers) wordt sinds 2.1.x minimaal ondersteund, maar is mogelijk
   nog niet helemaal gereed.

   Je hebt in je computer minimaal 4 meg geheugen nodig. Technisch
   gesproken zal Linux kunnen draaien met slechts 2 meg, maar voor de
   meeste installaties en software is 4 meg vereist. Hoe meer geheugen je
   hebt, hoe gelukkiger je zal zijn. Ik raad je als absoluut minimum 16
   megabyte aan, als je van plan bent gebruik te gaan maken van X-Window;
   64 is beter.

   Uiteraard zal je een harde schijf en een standaarddiskcontroller nodig
   hebben. Alle MFM, RLL, en IDE disks en controllers zouden moeten
   werken. Tevens worden veel SCSI disks en adapters ondersteund: in de
   Linux SCSI-HOWTO staat meer informatie over SCSI. Als je een systeem
   vanaf de grond af aan assembleert om Linux te draaien, zijn de weinig
   extra kosten voor SCSI het zeker waard gezien de extra performance en
   betrouwbaarheid die je ervoor terugkrijgt.

   Je zult een CD-ROM station nodig hebben; In feite zijn alle Linux
   distributies nu gebaseerd op CD-ROM's. Als je machine in 1998 of later
   werd gebouwd, dan zou je in staat moeten zijn om het Linux
   installatieprogramma direct vanaf CD-ROM te booten, zonder gebruik van
   een opstartdiskette.

   Als je CD-ROM station een ATAPI, SCSI, of echte IDE is, dan zul je
   geen problemen ondervinden om het werkend te krijgen (maar kijk uit
   voor goedkope stations waarvan geadverteerd wordt dat het "IDE"
   interfaces zijn die in werkelijkheid niet aan deze norm voldoen). Als
   er voor je CD-ROM een eigen interfacekaart wordt gebruikt, is het
   mogelijk dat de installatiekernel waarmee je van diskette boot het
   niet zal kunnen detecteren -- en een niet toegankelijke CD-ROM houdt
   de installatie op. Tevens werken CD-ROM stations aangesloten op je
   parallelle poort in het geheel niet. Kijk in de [28]Linux CD-ROM HOWTO
   voor een lijst en details over ondersteunde hardware als je twijfelt.

   Als de CD-ROM niet in de bootreeks voorkomt, dan heb je een 3.5"
   diskettestation nodig. Ondanks dat 5.25" diskettes onder Linux worden
   ondersteund, worden ze zo weinig gebruikt, dat je er niet op moet
   rekenen dat er diskimages zijn die erop passen. (Een gestripte Linux
   kan in feite op een enkele diskette worden uitgevoerd, maar dat is
   alleen van nut voor de installatie en bepaalde probleemoplossende
   taken.)

   Je hebt ook een MDA, Hercules, CGA, EGA, VGA, of Super VGA videokaart
   en monitor nodig. Over het algemeen geldt, dat als je videokaart en
   monitor onder MS-DOS functioneren ze dat ook onder Linux doen. Als je
   echter het X-Window Systeem wilt draaien, dan zijn er andere geldende
   beperkingen voor de ondersteunde videohardware. In de [29]Linux
   XFree86-HOWTO, staat meer informatie over de uitvoering van X en wat
   hier benodigd voor is.

   Zie de [30]Linux/m68k FAQ, als je een box in gebruik hebt met één van
   de Motorola 68K processoren (waaronder de Amiga, Atari, of VMEbus
   computers), voor informatie over de minimumvereisten en status van de
   port. In de FAQ wordt nu aangegeven dat m86k Linux net zo stabiel en
   bruikbaar is als de Intel versies.
     _________________________________________________________________

Ruimtebenodigdheden en coëxistentie

   Je hebt voor Linux wat vrije ruimte op je harde schijf nodig. De
   hoeveelheid benodigde ruimte is afhankelijk van de hoeveelheid
   software die je van plan bent te gaan installeren. Tegenwoordig is
   voor de meeste installaties ruwweg zo ongeveer een gigabyte vrije
   ruimte nodig. Hierin is ruimte voor de software, swapspace (gebruikt
   als virtueel RAM op je computer) en vrije ruimte voor gebruikers,
   enzovoort inbegrepen.

   Het is denkbaar dat je een minimaal Linux systeem in 80 meg of minder
   kunt draaien (dit was eerder gewoon toen Linux distributies kleiner
   waren) en het is denkbaar dat je twee gigabyte of meer voor al je
   Linux software zou kunnen gebruiken. De hoeveelheid varieert enorm
   afhankelijk van de hoeveelheid software die je installeert en hoeveel
   ruimte je nodig hebt. Hierover later meer.

   Linux kan prima overweg met andere besturingssystemen, zoals MS-DOS,
   Microsoft Windows, of OS/2, op je harde schijf. (In feite kun je
   vanuit Linux zelfs MS-DOS bestanden benaderen en er een aantal MS-DOS
   programma's onder draaien). Met andere woorden: bij het partitioneren
   van je disk voor Linux komen MS-DOS of OS/2 op een eigen partitie
   voor, en is er voor Linux ook een eigen partitie. We zullen voor
   dergelijke ``dual-boot'' systemen later meer in details treden.

   Je hoeft MS-DOS, OS/2 of een ander besturingssysteem niet te draaien
   om Linux te kunnen gebruiken. Linux is een compleet ander op zichzelf
   staand besturingssysteem en is voor de installatie en het gebruik
   ervan niet afhankelijk van andere besturingssystemen.

   In totaal bestaat de minimale setup van Linux uit niet veel meer dan
   nodig is voor de meeste MS-DOS of Windows 3.1 systemen die
   tegenwoordig worden verkocht (en minder dan het minimum voor Windows
   95 is een goede deal!). Als je een 386'r of een 486'r hebt met
   minimaal 4 meg RAM, dan zul je blij zijn Linux te draaien. Voor Linux
   zijn geen grote hoeveelheden diskruimte, geheugen of processorsnelheid
   vereist. Matt Welsh, de oorspronkelijke auteur van deze HOWTO, was
   gewend Linux op een 386'r/16 MHz te draaien (de langzaamste machine
   waar je aan kunt komen) met 4 meg RAM en was hier heel blij mee. Hoe
   meer je wilt doen, des te meer geheugen (en snellere processor) zul je
   nodig hebben. Wij hebben de ervaring dat een 486'r met 16 megabyte RAM
   draaiend onder Linux verscheidene modellen dure werkstations
   overtreft.
     _________________________________________________________________

Benodigde tijd

   Van begin tot einde kan van een moderne Linux installatie vanaf CD-ROM
   worden verwacht dat het 90 minuten tot drie uur in beslag neemt.
     _________________________________________________________________

Uitkiezen van een Linux distributie

   Voor je Linux kunt installeren, zul je moeten besluiten welke Linux
   ``distributies'' beschikbaar zijn. Er is geen enkele standaarduitgave
   van de Linux software --- er zijn veel meer van dergelijke uitgaven.
   Elke uitgave heeft zijn eigen documentatie en installatie-instructies.
   Alle distributies delen echter dezelfde onderliggende basiscode.

   Linux distributies zijn zowel beschikbaar via anonymous FTP als via
   postorder op diskette, tape als CD-ROM. Er zijn veel controlelijsten
   en vergelijkende voorbeschouwingen te vinden. Buiten dat de [31]Linux
   Weekly News Site een uitstekende algemene bron met nieuws en
   informatie is, verzorgt ze een wekelijks verslag over distributies met
   verwijzingen naar veel van deze distributies.

   In het oude en grijze verleden toen deze HOWTO voor het eerst werd
   geschreven (1992-93), kwamen de meeste mensen via gekronkelde wegen
   aan Linux, wat lange downloads van het Internet of een BBS op hun
   DOS-computers inhield, gevolgd door een ingewikkelde procedure die de
   gedownloade bestanden naar meerdere diskettes transporteerde. Een van
   deze diskettes werd dan gebruikt om van te booten en om het andere
   dozijn te installeren. Met een beetje geluk (en geen gebreken van de
   media) eindigde je vele uren later je installatie met een werkende
   Linux. Of misschien ook niet.

   Alhoewel deze weg nog steeds kan worden bewandeld (en je kunt een van
   de verscheidene distributies downloaden vanaf [32]Metalab), zijn er nu
   veel minder inspannende manieren. De gemakkelijkste is een van de
   commerciële Linux distributies van hoge kwaliteit die op CD-ROM worden
   gedistribueerd te kopen, zoals die van Red Hat, Debian, Linux Pro of
   WGS. Deze zijn kenmerkend beschikbaar voor minder dan $50 bij je
   plaatselijke boek- of computerwinkel en zullen je vele uren ergernis
   besparen.

   Je kunt ook een verzameling CD-ROM's kopen zoals de InfoMagic Linux
   Developer's Resource set. Kenmerkend is dat deze verscheidene Linux
   distributies bevatten en een recente dump van belangrijke Linux
   archiefsites, Zoals metalab of tsx-11.

   In de rest van deze HOWTO zullen we ons richten op de stappen die
   nodig zijn om vanaf een verzamel CD-ROM of één van de goedkope
   commerciële Linuxes waarin geen afgedrukte installatiehandleiding is
   opgenomen, de installatie uit te voeren. Als je Linux een gedrukt
   handboek bevat, zal het een en ander van deze HOWTO je kunnen voorzien
   in nuttige achtergrondinformatie, maar je kunt beter het handboek
   raadplegen voor gedetailleerde installatie-instructies.
     _________________________________________________________________

Installatie overzicht

   Het is verstandig wat informatie over de configuratie van je hardware
   te verzamelen vóór de installatie. Zorg dat je de verkoper en het
   modelnummer van elke kaart In je machine kent; verzamel de IRQ's en
   DMA channelnummers. Je hebt deze informatie waarschijnlijk niet nodig
   -- maar als het er op aankomt, zul je het zeer hard nodig hebben.

   Als je een "dual-boot" systeem wilt (Linux en DOS of Windows of
   beiden), herschik (herpartitioneer) dan je disk om ruimte voor Linux
   vrij te maken. Als je verstandig bent, maak je eerst een backup!
     _________________________________________________________________

Eerste installatiestappen: De makkelijke manier

   Controleer de BIOS instellingen van je machine als je een EIDE/ATAPI
   CDROM hebt (normaal tegenwoordig), om te zien of het de mogelijkheid
   biedt van CD-ROM te booten. De meeste machines gefabriceerd na
   halverwege 1997 kunnen dit.

   Als de jouwe zich daartussen bevindt, wijzig je de instellingen
   zodanig dat de CD-ROM als eerste wordt gecontroleerd. Dit bevindt zich
   vaak in een 'BIOS FEATURES' submenu van de BIOS configuratiemenu's.

   Doe dan de installatie CD-ROM in het station. Reboot. Je bent van
   start gegaan.

   Als je een SCSI CDROM hebt, kun je hier vaak nog steeds van booten,
   maar is het wat meer afhankelijk van het moederbord/de BIOS. Degenen
   die voldoende wetem dat ze een paar extra dollars voor een SCSI-CDROM
   station uitgeven, weten waarschijnlijk ook voldoende om hier achter te
   komen.
     _________________________________________________________________

Eerste installatiestappen: De moeilijke manier

     * Maak installatiediskettes aan.
     * Boot een installatie mini-Linux vanaf de diskettes om toegang te
       kunnen krijgen tot de CD-ROM.
     _________________________________________________________________

Verdergaan met de installatie

     * Prepareer de Linux bestandssystemen. (Je zult in deze fase de
       diskpartitie wijzigen als je dit niet eerder deed.)
     * Installeer een basisproductie Linux vanaf de CD-ROM.
     * Boot Linux vanaf de harde schijf.
     * (Optioneel) Installeer meer packages vanaf CD-ROM.
     _________________________________________________________________

Basisonderdelen van een installatiekit

   Hier zijn de basisonderdelen van een installeerbare distributie:

     * De README en FAQ bestanden. Deze zijn gewoonlijk te vinden in de
       top-level directory van je CD-ROM en leesbaar zodra de CD-ROM
       onder Linux is gemount. (Afhankelijk van hoe de CD-ROM werd
       gegenereerd, kan het zelfs zijn dat ze zichtbaar zijn onder
       DOS/Windows.) Het is verstandig deze bestanden te lezen zodra je
       er toegang toe hebt, om kennis te nemen van belangrijke updates of
       wijzigingen.
     * Een aantal bootdisk images (vaak te vinden in een subdirectory).
       Als je CD-ROM niet bootable is, zul je één van deze bestanden naar
       een diskette wegschrijven om de opstartdiskette aan te maken. Je
       selecteert één van de hier bovenstaande bootdisk-images,
       afhankelijk van het type hardware dat je in je systeem hebt.

   Het punt hier is dat een aantal hardwaredrivers op vreemde wijze een
   conflict met elkaar opleveren, en in plaats van proberen
   hardwareproblemen op je systemen te debuggen, is het eenvoudiger een
   bootdiskette-image te gebruiken met daarop alleen die drivers te
   activeren die je nodig hebt. (Dit heeft het prettige neveneffect dat
   dit je kernel kleiner maakt).

     * Een rescue diskimage. Dit is een disk met een basiskernel en tools
       voor herstel bij calamiteiten voor het geval er iets mis gaat.
     * RAWRITE.EXE. Dit is een MS-DOS programma dat de inhoud van een
       bestand (zoals een bootdisk-image) direct naar een diskette weg
       zal schrijven, ongeacht het formaat van de diskette.

   Als je van plan bent je boot- en rootdiskettes vanaf een MS-DOS
   systeem aan te maken, heb je alleen RAWRITE.EXE nodig. Als je in
   plaats daarvan toegang hebt tot een UNIX werkstation met een
   diskettestation, kun je de diskettes van daaraf aanmaken met de
   opdracht `dd', of wellicht een door de verkoper geleverd aangemaakt
   script. Zie de manpage voor dd(1) en vraag je plaatselijke UNIX
   goeroes om assistentie. Verderop in dit document staat een voorbeeld
   met dd.

     * De CD-ROM zelf. Het doel van de bootdisk is je machine klaar te
       stomen voor het laden van de root- of installatiediskettes, wat op
       hun beurt gewoon devices zijn voor het voorbereiden van je harde
       schijf en het kopiëren van delen van de CD-ROM ernaartoe. Je kunt
       booten en direct verdergaan met het voorbereiden van je disk als
       je CD-ROM opstartbaar is.
     _________________________________________________________________

Installatie In Detail

Je voorbereiden op de installatie

   Linux maakt effectiever gebruik van PC-hardware dan MS-DOS, Windows en
   NT, en is overeenkomstig minder tolerant betreft onjuist
   geconfigureerde hardware. Er zijn een paar dingen die je doen kunt
   voordat je begint, die de kans zal verkleinen dat je door een
   dergelijk probleem zal worden weerhouden.

   Verzamel als eerste alle handleidingen die je van je hardware hebt --
   moederbord, videokaart, monitor, modem, enz. -- en plaats ze binnen
   handbereik.

   Verzamel ten tweede gedetailleerde informatie over je
   hardwareconfiguratie. Een eenvoudige manier om dit te doen, is als je
   MS-DOS 5.0 of een nieuwere versie draait, een verslag af te drukken
   van het Microsoft diagnostische utility msd.exe (de gedeeltes over de
   TSR, driver, memory-map, omgevingsvariabelen en OS-versie kun je
   achterwege laten). Dit geeft ondermeer de garantie dat de informatie
   over je videokaart en type muis volledig en correct is, wat later van
   hulp kan zijn bij het configureren van X.

   Controleer ten derde je machine op configuratieproblemen met
   ondersteunde hardware die tijdens de Linux installatie een
   onherstelbare vergrendeling kan veroorzaken.

     * Op een DOS/Windows systeem is het mogelijk dat de IDE harddisk(s)
       en het CD-ROM station zelfs functioneel zijn als de master/slave
       jumpers op de drives onjuist zijn ingesteld. Linux werkt zo niet.
       Controleer bij twijfel je master-slave jumpers!
     * Heb je randapparatuur die is ontworpen met noch
       configuratiejumpers noch niet-vluchtig configuratiegeheugen? Als
       dit zo is, dan zou het kunnen zijn dat boottime initialisatie via
       een MS-DOS utility vereist is, om op te starten, en het niet
       gemakkelijk vanuit Linux is te benaderen. Dit probleem kan zich
       voordoen bij CD-ROM's, geluidskaarten, Ethernetkaarten en goedkope
       tape-stations. Als hier sprake van is, kun je het probleem
       wellicht omzeilen door een argument achter de bootprompt op te
       geven; zie voor details de [33]Linux Boot Prompt HOWTO ).
     * Onder een aantal andere besturingssystemen is het mogelijk dat een
       busmuis met andere devices een IRQ deelt. Linux ondersteunt dit
       niet; in feite is het zo dat wanneer je het probeert je machine
       vast kan lopen. Kijk in de [34]Linux Bus Mouse HOWTO voor details,
       als je gebruik maakt van een busmuis.

   Zorg zo mogelijk voor het telefoonnummer van een ervaren Linux
   gebruiker die je kunt bellen in geval van nood. Negen tegen tien dat
   je het niet nodig zult hebben, maar het is prettig als je het hebt.

   Veel tijd voor de installatie. Dat zal zo ongeveer een uur zijn bij
   een kaal systeem of één die zodanig wordt omgezet dat er alleen Linux
   op zal worden gedraaid. Of tot aan drie uur voor een dual-boot systeem
   (het gebeurt bij een dergelijk systeem vaker dat er niet goed wordt
   opgestart of het blijft hangen).
     _________________________________________________________________

Aanmaken van de boot- en rootdiskettes

   (Deze stap is alleen nodig als je niet van CD-ROM kunt booten)

   Het kan zijn dat er op je CD-ROM installatiehulpmiddelen zijn
   meegeleverd die je door het proces heenhelpen om aan de hand van
   interactieve prompts boot-, root- en rescuedisks aan te maken. Dit kan
   een MS-DOS installatieprogramma zijn (zoals het Red Hat programma
   redhat.exe) of een Unix script, of beiden.

   Als je een dergelijk programma hebt en het kunt gebruiken, zou je de
   rest van deze subsectie slechts ter informatie moeten lezen. Start het
   programma om de werkelijke installatie uit te voeren -- -- de
   schrijvers ervan weten beslist meer over de specifieke distributie dan
   ik, en je zult er veel fouten mee kunnen voorkomen die bij een
   handmatige invoer al gauw neigen op te treden.

   Zie voor meer gedetailleerde informatie over het maken van bootdisks
   de [35]Linux Bootdisk HOWTO.

   De eerste stap bestaat uit het selecteren van een bootdisk-image die
   geschikt is voor je hardware. Mocht je dit met de hand moeten doen,
   dan zul je gewoonlijk bemerken dat of (a) de bootdisk-images op de
   CD-ROM op een dusdanige wijze zijn benoemd dat het je zal helpen om de
   juiste eruit te kiezen, of (b) er zich een index-bestand in de buurt
   bevindt die iedere image beschrijft.

   Vervolgens moet je van de door je uitgekozen bootdisk-image, en
   optioneel ook van de rescue-diskimages, diskettes aanmaken. Hier komt
   het MS-DOS programma RAWRITE.EXE om de hoek kijken.

   Vervolgens heb je twee of drie high-density onder MS-DOS
   geformatteerde diskettes nodig. (Ze moeten van hetzelfde type zijn;
   dat wil zeggen, als het diskettestation waarvan je boot een 3.5"
   station is, beide diskettes high-density 3.5" disks moeten zijn.) Je
   zal RAWRITE.EXE gebruiken om de bootdisk images naar de diskettes weg
   te schrijven.

   Roep het zonder argumenten aan, zoals:
   C:\> RAWRITE

   Beantwoord de vragen over de te schrijven naam van het bestand en de
   diskette waarnaar het moet worden weggeschreven (zoals A:) RAWRITE zal
   het bestand, blok voor blok direct naar de diskette kopiëren. Gebruik
   RAWRITE ook voor het rootdiskimage (zoals COLOR144). Als je klaar
   bent, heb je twee diskettes: één met de bootdisk, de ander met de
   rootdisk. Deze diskettes zijn niet langer leesbaar door MS-DOS (het
   zijn in bepaalde zin ``Linux formaat'' diskettes).

   Op een UNIX systeem, kun je de opdracht dd(1) gebruiken om dezelfde
   taak uit te voeren. (Hier heb je natuurlijk wel een UNIX werkstation
   met een diskettestation voor nodig). Je kunt bijvoorbeeld op een Sun
   werkstation de opdracht:
   $ dd if=bare of=/dev/rfd0 obs=18k

   op het device /dev/rfd0 toepassen. Je moet hierbij op een aantal
   werkstations (b.v., Suns) het van toepassing zijnde uitvoerblokgrootte
   argument opgeven (het `obs' argument) anders werkt het niet. Als je
   hier problemen bij ondervindt, zou de manpage voor dd(1) informatief
   kunnen zijn.

   Wees er zeker van dat je nieuwe, foutvrije diskettes gebruikt. Op de
   diskettes mogen geen slechte blokken voorkomen.

   Je hebt Linux of MS-DOS niet nodig om Linux te installeren. Linux of
   MS-DOS uitvoeren echter, maakt het eenvoudiger de boot- en
   rootdiskettes vanaf je CD-ROM aan te maken. Je kunt een Linux of
   MS-DOS systeem van iemand anders gebruiken om alleen de diskettes aan
   te maken en daarvan af te installeren als je geen besturingssysteem op
   je computer hebt.
     _________________________________________________________________

Herpartitioneren van je DOS/Windows drives

   Op de meeste gebruikte systemen, zijn reeds partities op de harde
   schijf toegekend aan MS-DOS, OS/2, enzovoort. Je zult de omvang van
   deze partities moeten wijzigen om ruimte voor Linux vrij te maken. Als
   je van plan bent een dual-boot systeem te draaien, wordt het ten
   zeerste aangeraden dat je één of meer van de volgende mini-HOWTO's
   doorleest, waarin verschillende dual-boot configuraties worden
   beschreven.

     * [36]De DOS-Win95-OS2-Linux mini-HOWTO.
     * [37]De Linux+Win95 mini-HOWTO.
     * [38]De Linux+NT-Loader mini-HOWTO

   Zelfs als ze niet direct toepasbaar zijn voor je systeem, zullen ze je
   helpen de betrokken onderwerpen te begrijpen.

   Opmerking

   Een aantal Linux distributies kan in een directory op je MS-DOS
   partitie worden geïnstalleerd. (Dit is iets anders dan vanaf een
   MS-DOS partitie installeren). In plaats daarvan gebruik je het
   ``UMSDOS bestandssysteem'', die je toestaat een directory van je
   MS-DOS partitie als een Linux bestandssysteem te behandelen. Op deze
   manier hoef je de disk niet te herpartitioneren.

   Ik raad je aan alleen van deze methode gebruik te maken als je disk
   reeds vier partities heeft (het maximum dat door DOS wordt
   ondersteund) en herpartitionering zou meer problemen geven dan het
   waard is (Linux zal door de overhead, ontstaan door het vertalen van
   de bestandsnamen, trager worden). Of als je Linux voordat je de disk
   gaat herpartitioneren wilt uitproberen, dan is dit een goede manier om
   dat te doen. Maar in de meeste gevallen zou je moeten
   herpartitioneren, zoals hier beschreven. Als je van plan bent UMSDOS
   te gaan gebruiken, sta je er alleen voor -- het wordt hierin niet in
   detail gedocumenteerd. Van nu af aan, veronderstellen we dat je geen
   gebruik gaat maken van UMSDOS en dat je de disk herpartitioneert.

   Een partitie is gewoon een deel van de harde schijf dat voor een
   bepaald te gebruiken besturingssysteem apart is gezet. Als je alleen
   MS-DOS hebt geïnstalleerd, bestaat je harde schijf waarschijnlijk uit
   slechts één partitie, volledig bestemd voor MS-DOS. Om Linux te
   gebruiken, moet je echter je disk partitioneren, zodat je één partitie
   voor MS-DOS en één (of meer) partitie(s) voor Linux hebt.

   Partities zijn er in drie varianten: primair, extended (uitgebreid),
   en logisch.Samengevat zijn primaire partities één van de vier
   hoofdpartities op je disk. Als je echter meer dan vier partities per
   disk wilt, moet je de laatste primaire partitie vervangen door een
   extended partitie, die veel logische partities kan bevatten. Je
   bewaart gegevens niet direct op een extended partitie---het wordt
   slechts als een container voor logische partities gebruikt. Gegevens
   worden alleen óf op de primaire óf op logische partities bewaard.

   Anders gezegd: de meeste mensen gebruiken slechts primaire partities.
   Als je echter meer dan vier partities op een disk nodig hebt, kun je
   een extended partitie aanmaken. Bovenop de extended partitie worden
   dan logische partities aangemaakt, en dan heb je wat je wilt --- meer
   dan vier partities per disk.

   Je kunt Linux makkelijk op de tweede disk van je systeem installeren
   (onder MS-DOS bekend als D:). Je geeft eenvoudigweg de van toepassing
   zijnde devicenaam op bij het aanmaken van Linux partities. Dit wordt
   hieronder in detail beschreven.

   Terug naar het herpartitioneren van je disk. Voorheen was er geen
   manier waarbij je de omvang van partities aan kon passen zonder dat de
   gegevens op die partitie werden verwijderd. Tegenwoordig bestaan er
   partitioneringsutility's die zonder verwijdering van gegevens de
   omvang van partities kunnen wijzigen; ze zijn op de hoogte van de
   structuur van bestandssystemen, kunnen vrije ruimte op een
   bestandssysteem terugvinden, en bestandsgegevens op de partitie
   manoeuvreren om vrije ruimte te verplaatsen waar het nodig is om de
   wijziging van de omvang van de partitie goed te laten verlopen. Er
   wordt je nog steeds aangeraden een volledige backup te maken voordat
   je een dergelijke tool gaat gebruiken, voor het geval je een
   menselijke fout maakt.

   Onder Linux is het met [39]GNU parted mogelijk partities aan te maken,
   te verwijderen, de omvang te wijzigen en te kopiëren. Het biedt
   ondersteuning voor ext2, FAT16, en FAT32 bestandssystemen, Linux
   swapdevices; het is tevens op de hoogte van MS-DOS disklabels. Parted
   is van nut bij het aanmaken van ruimte voor nieuwe bestandssystemen,
   het herorganiseren van diskgebruik, het kopiëren van gegevens tussen
   harde schijven en disk-imaging. Het is relatief gezien nieuwe code;
   maar er is van gerapporteerd dat het goed werkt en het geen gegevens
   verwijdert.

   Er is een diskherpartitioneerprogramma beschikbaar voor MS-DOS, met de
   naam FIPS, die de gegevens niet verwijdert. Zie [40]FIPS. Met FIPS,
   een diskoptimaliseerprogramma (zoals Norton Speed Disk), en een beetje
   geluk, zou je in staat moeten zijn om de omvang van MS-DOS partities
   aan te passen zonder de gegevens die erop staan, te verwijderen.

   De oudere methode om de omvang van een partitie te wijzigen, mocht je
   geen van deze partitie-editors om de omvang te wijzigen beschikbaar
   hebben, is de partities te verwijderen, en ze dan met een kleinere
   omvang weer aan te maken. Als je van deze methode gebruik maakt, moet
   je beslist een backup maken om je gegevens te bewaren.

   De klassieke manier om partities aan te passen doe je met het
   programma FDISK. Stel bijvoorbeeld dat je een harde schijf hebt met
   een omvang van 80 meg, die aan MS-DOS is toegewezen. Je zou het graag
   doormidden willen delen --- 40 meg voor MS-DOS en 40 meg voor Linux.
   Hiervoor start je onder MS-DOS FDISK, verwijdert de MS-DOS partitie
   van 80 meg, en maakt daarvoor in de plaats opnieuw een MS-DOS partitie
   aan van 40 meg. Je kunt de nieuwe partitie dan formatteren en je
   MS-DOS software vanaf backups terugzetten. 40 meg van de harde schijf
   is nog leeg. In een later stadium maak je op het ongebruikte deel van
   de harde schijf Linux-partities aan.

   Samengevat zou je het volgende kunnen doen om de grootte van de MS-DOS
   partities met FDISK aan te passen:

    1. Maak een volledige backup van je systeem.
    2. Maak een MS-DOS opstartdiskette, met een opdracht als:

FORMAT /S A:

       Kopieer de bestanden FDISK.EXE en FORMAT.COM naar deze diskette,
       als ook enige andere utility's die je nodig hebt. (Zoals
       bijvoorbeeld utility's om je systeem vanaf een backup terug te
       zetten.)
    3. Boot de MS-DOS systeemdiskette.
    4. Start FDISK, mogelijk moet je hierbij de disk aangeven die je wilt
       wijzigen (zoals C: of D:).
    5. Gebruik de menu-opties van FDISK om de partities te verwijderen
       die je van grootte wenst te veranderen. Hiermee zullen alle
       gegevens op de betreffende partities worden verwijderd.
    6. Gebruik de menu-opties van FDISK om dergelijke partities met een
       kleinere omvang opnieuw aan te maken.
    7. Ga uit FDISK en herformatteer de nieuwe partities met de opdracht
       FORMAT.
    8. Zet de oorspronkelijke bestanden terug van backup.

   MS-DOS zal je een optie geven om een ``logical DOS-drive'' aan te
   maken. Een logical DOS-drive is gewoon een logische partitie op je
   harde schijf. Je kunt Linux op een logische partitie installeren, maar
   kunt die logische partitie beter niet met het programma fdisk van
   MS-DOS aanmaken. Dus als je op dit moment een logisch DOS-station
   gebruikt, en Linux daarvoor in de plaats wilt installeren, zul je de
   logische drive met FDISK van MS-DOS moeten verwijderen, en daarvoor in
   de plaats (op een later tijdstip) een logische partitie voor Linux aan
   moeten maken.

   Het mechanisme dat voor de herpartitionering wordt gebruikt voor OS/2
   en andere besturingssysteem is vergelijkbaar. Zie voor nadere
   informatie de documentatie van die besturingssystemen.
     _________________________________________________________________

Aanmaken partities voor Linux

   Na het herpartitioneren van je disk, moet je partities voor Linux
   aanmaken. Voor we beschrijven hoe je dat doet, zullen we het gaan
   hebben over partities en bestandssystemen onder Linux.
     _________________________________________________________________

Partitie basis

   Voor Linux is op z'n minst één partitie nodig voor het root
   bestandssysteem, waarin de Linux kernel zelf zal worden bewaard.

   Je kunt je een bestandssysteem voorstellen als een partitie die voor
   Linux is geformatteerd. Bestandssystemen worden gebruikt om bestanden
   te bevatten. Voor elk systeem is op z'n minst een rootbestandssysteem
   nodig. Veel gebruikers echter prefereren het gebruik van meerdere
   bestandssystemen--- één voor elk belangrijk deel van de
   directorystructuur. Je zou bijvoorbeeld een apart bestandssysteem
   kunnen hebben waarbij alle bestanden onder de /usr directory worden
   opgeslagen. (Op UNIX-systemen worden voorwaartse slashes gebruikt om
   directory's te scheiden en geen backslashes zoals met MS-DOS). In dit
   geval heb je zowel een root- als een /usr bestandssysteem.

   Elk bestandssysteem vereist een eigen partitie. Daarom moet je twee
   Linux partities aanmaken, als je zowel een root- als een /usr
   bestandssysteem gebruikt.

   Tevens maken de meeste gebruikers nog een swappartitie aan, die voor
   virtueel RAM wordt gebruikt. Als je, laten we zeggen, 4 megabyte
   geheugen in je computer hebt, en een swappartitie van 10 meg, heb je
   wat Linux aangaat, 14 meg aan virtueel geheugen.

   Bij gebruik van swapspace, verplaatst Linux ongebruikte pagina's
   geheugen naar disk, zodat je meer applicaties tegelijkertijd op je
   systeem kunt draaien. Omdat het swappen echter vaak langzaam is, is
   het geen vervanging voor fysiek RAM. Maar applicaties die heel erg
   veel geheugen nodig hebben (zoals het X window systeem) vallen vaak
   terug op swapspace als je niet voldoende fysiek RAM hebt.

   Vrijwel alle Linux gebruikers gebruiken een swappartitie. Als je 4
   megabyte RAM of minder hebt, is een swappartitie nodig om de software
   te installeren. Het wordt sterk aangeraden dat je hoe dan ook een
   swappartitie hebt, tenzij je een enorme hoeveelheid fysiek RAM hebt.

   De omvang van je swappartitie is afhankelijk van hoeveel virtueel
   geheugen je nodig hebt. Er wordt vaak aangeraden dat je op z'n minst
   een totaal hebt van 16 meg virtueel geheugen. Daarom zou je als je 8
   meg fysiek RAM hebt, een swappartitie van 8 meg aan kunnen maken. Er
   zijn platform afhankelijke beperkingen op de omvang van swappartities;
   zie de Partition-HOWTO als je een swappartitie groter dan 1GB aan wilt
   maken.

   Meer theorie over de swapspace lay-out en diskpartitionering is te
   vinden in de Linux Partition mini-HOWTO
   ([41]http://www.linuxdoc.org/HOWTO/mini/Partition.html).

   Noot: het is mogelijk, alhoewel wat lastig, om op een dual-boot
   systeem swappartities tussen Linux en Windows 95 te delen. Zie voor
   meer informatie de [42]Linux Swap Space Mini-HOWTO.

   Punt #1: Als je een EIDE-disk hebt met een partitie groter dan 504MB,
   kan het zijn dat je BIOS je de mogelijkheid niet biedt een daarop
   geïnstalleerde Linux te booten. Dus houdt je rootpartitie onder de
   504MB. Dit zou geen probleem moeten zijn met SCSI-diskcontrollers, die
   normaal gesproken een eigen disk BIOS firmware hebben. Zie voor
   technische details de [43]Large Disk Mini-HOWTO.

   Punt #2: Gebruik je IDE en SCSI-disks door elkaar? Kijk dan uit. Het
   kan zijn dat je BIOS de mogelijkheid niet geeft direct naar een
   SCSI-disk te booten.
     _________________________________________________________________

Partities passend maken

   Afgezien van je root- en swappartities, stel je één of meer partities
   in voor de software en homedirectory's.

   Ondanks dat je in theorie alles vanaf een enkele zeer grote
   rootpartitie uit zou kunnen voeren, doet bijna niemand dit. Meerdere
   partities heeft verscheidene voordelen:

     * Het kost vaak minder tijd die nodig is voor controles van het
       bestandssysteem tijdens het booten.
     * Bestanden kunnen niet over partitiegrenzen heengroeien. Daarom kun
       je partitiegrenzen als brandgangen gebruiken tegen programma's
       (zoals Usenet news) die zeer grote hoeveelheden diskruimte willen
       innemen, om te voorkomen dat ze bestandsruimte verdringen die
       nodig is voor je kernel en de rest van je applicaties.
     * Het is heel wat minder pijnlijk om een enkele partitie te
       formatteren en herstellen dan alles vanaf het begin weer geheel
       opnieuw op te zetten, mocht er zich ooit een slechte plek op je
       disk ontwikkelen.

   Op de grote disks van tegenwoordig, bestaat een goede basissetup uit
   een kleine rootpartitie (minder dan 80 meg), een middelgrote /usr
   partitie (tot aan ongeveer 300 meg) voor de systeemsoftware, en een
   /home partitie die de rest van je beschikbare ruimte voor
   homedirectory's in beslag neemt.

   Je kunt zelfs nog een stapje verder gaan. Als je bijvoorbeeld weet dat
   je Usenet news gaat gebruiken, kun je er een aparte partitie aan
   toekennen om het maximale mogelijke diskgebruik te besturen. Of je zou
   voor het geheel aan mail, news en tijdelijke bestanden een /var
   partitie aan kunnen maken. Maar in het tegenwoordige regime van zeer
   goedkope, zeer grote harde schijven schijnen deze complicaties steeds
   minder nodig voor je eerste Linux installatie. Houd het vooral voor de
   eerste keer simpel.
     _________________________________________________________________

Booten van de installatiedisk

   De eerste stap bestaat uit het booten vanaf de bootdisk die je hebt
   gegenereerd. Normaal gesproken zal je zonder handmatig in te hoeven
   grijpen kunnen booten; de boot kernelprompt zal zichzelf na 10
   seconden invullen. Zo boot je normaal gesproken vanaf een IDE-disk.

   Wat hier in feite gebeurt is het volgende: de bootdisk voorziet in een
   miniatuur besturingssysteem dat (omdat de harde schijf niet is
   voorbereid) een deel van je RAM als virtuele disk (logisch genoeg, een
   `ramdisk' genoemd) gebruikt.

   De bootdisk laadt op de ramdisk een kleine set bestanden en
   installatietools die je zult gebruiken om je harde schijf voor te
   bereiden en vanaf je CD-ROM er een productie Linux op installaren.

   (In het verleden bestond dit proces uit twee fasen, die een tweede
   disk, genaamd een `rootdisk' met zich meebracht; dit veranderde toen
   kernelmodules werden geïntroduceerd.)

   Door argumenten na de naam van de kernel op te geven, kun je diverse
   hardwareparameters, zoals de IRQ en het adres van je SCSI-controller
   of de geometrie van je disk opgeven voordat de Linux kernel wordt
   geboot. Het kan zijn dat dit nodig is als Linux je SCSI-controller of
   de geometrie van je harde schijf bijvoorbeeld niet herkent.

   In het bijzonder vereisen veel SCSI-controllers zonder BIOS dat je het
   poortadres en de IRQ tijdens het booten opgeeft. Op vergelijkbare
   wijze, slaan de IBM PS/1, ThinkPad en ValuePoint machine de
   diskgeometrie niet in de CMOS op, en moet je deze bij het booten
   opgeven. (In een later stadium zul je het productiesysteem zo kunnen
   configureren dat het dergelijke parameters zelf aanlevert.)

   Bekijk de meldingen als het systeem boot. Ze geven een opsomming en
   beschrijven de hardware die de Linux installatie detecteert. Je zou,
   in het bijzonder als je een SCSI-controller hebt, een opsomming te
   zien moeten krijgen van de gedetecteerde SCSI-hosts. Als je de melding
   SCSI: 0 hosts

   ziet, dan werd je SCSI-controller niet gedetecteerd en zal je uit
   moeten zoeken hoe je de kernel kunt vertellen waar deze zich bevindt.

   Het systeem zal ook informatie weergeven over de gedetecteerde
   diskpartities en devices. Als iets van deze informatie onjuist is of
   ontbreekt, zal je de hardwaredetectie moeten forceren.

   Aan de andere kant, als alles goed gaat en je hardware lijkt te worden
   gedetecteerd, kun je naar de volgende sectie, ``Laden van de
   rootdisk'' gaan.

   Voor het forceren van de hardwaredetectie, moet je de van toepassing
   zijnde parameters opgeven achter de bootprompt, waarbij je de volgende
   syntax gebruikt:
   linux <parameters...>

   Er zijn een aantal van dergelijke parameters beschikbaar; we geven
   hieronder een opsomming van de meest gebruikelijke. Moderne Linux
   bootdisks zullen je vaak de optie geven beschreven kernelparameters te
   bekijken op een helpscherm voor je boot.

     * hd=cylinders,heads,sectors Geef de diskgeometrie op. Nodig voor
       systemen zoals de IBM PS/1, ValuePoint, en ThinkPad. Als je disk
       683 cylinders, 16 koppen, en 32 sectoren per spoor heeft, geef je
       op:

linux hd=683,16,32

       tmc8xx=memaddr,irq Geef het adres en de IRQ op voor Future Domain
       TMC-8xx SCSI controllers zonder BIOS. Bijvoorbeeld:

linux tmc8xx=0xca000,5

       Voor alle waarden die in hex worden opgegeven moet het voorvoegsel
       0x worden gebruikt.
     * st0x=memaddr,irq Geef het adres en de IRQ op voor Seagate ST02
       controllers zonder BIOS.
     * t128=memaddr,irq Geef het adres en de IRQ op voor de Trantor T128B
       controller zonder BIOS.
     * ncr5380=port,irq,dma Geeft de poort, IRQ en het DMA kanaal op voor
       de algemene NCR5380 controller.
     * aha152x=port,irq,scsi_id,1 Geef de poort, het IRQ en SCSI-ID op
       voor AIC-6260 controllers zonder BIOS. Hieronder vallen de Adaptec
       1510, 152x, en Soundblaster-SCSI controllers.

   Lees voor vragen over deze boot-time opties alsjeblieft de Linux SCSI
   HOWTO, die op elke Linux FTP archiefsite (of van waaraf je dit
   document dan ook hebt opgehaald) beschikbaar zou moeten zijn. In de
   SCSI HOWTO wordt de Linux compatibiliteit veel gedetailleerder
   uitgelegd.
     _________________________________________________________________

Kiezen voor een EGA of X-installatie

   Na het booten, voeren alle huidige Linux distributies een
   schermgeöriënteerd installatieprogramma uit welke je interactief deze
   stappen laat doorlopen, waarbij veel hulp wordt geboden.

   Je zal waarschijnlijk de optie krijgen X direct proberen te
   configureren zodat het installatieprogramma grafisch kan worden
   uitgevoerd. Als je voor deze weg kiest, zal het installatieprogramma
   je vragen stellen over je muis en monitortype voordat de werkelijke
   installatie zal worden opgestart. Deze instellingen zullen voor je
   worden opgeslagen zodra de productie Linux is geïnstalleerd. Later zul
   je de performance van je monitor af kunnen stemmen, dus in deze fase
   is het zinvol te gaan voor een basis 640x480 SVGA modus.

   X is niet nodig voor de installatie, maar (in de veronderstelling dat
   je de configuratie van de muis en monitor voor elkaar hebt) vinden
   veel mensen de grafische interface makkelijk in het gebruik. En je
   zult X toch willen installeren, dus het in een vroeg stadium proberen,
   is zinvol.

   Volg gewoon de stappen in het programma. Het helpt je bij het
   doorlopen van de benodigde stappen die nodig zijn om je disk voor te
   bereiden, initiële gebruikersaccounts aan te maken, en
   softwarepackages vanaf de CD-ROM te installeren.

   In de volgende subsecties zullen we een aantal van de lastige gebieden
   bespreken in de installatiereeks alsof je ze met de hand uit zou
   voeren. Dit zou je kunnen helpen begrijpen wat het installatie
   programma aan het doen is en waarom.
     _________________________________________________________________

Gebruik van fdisk en cfdisk

   De eerste installatiestap zodra Linux vanaf de rootdisk is geboot zal
   bestaan uit het aanmaken of wijzigen van de partitietabellen op je
   disks. Zelfs als je FDISK gebruikte om eerder partities in te stellen,
   zal je nu terug moeten keren naar de partitietabel en wat Linux
   specifieke informatie in moeten voeren.

   Voor het aanmaken of wijzigen van Linux partities, zullen we de Linux
   versie van het programma fdisk gebruiken, of het schermgeöriënteerde
   broertje cfdisk. Het argument aan fdisk moet het device zijn dat
   correspondeert met een hele disk (b.v. /dev/sda) in plaats van een van
   de partities op die disk (zoals /dev/sda1).

   Over het algemeen zal het installatieprogramma zoeken naar een reeds
   bestaande partitietabel en aanbieden fdisk of cfdisk voor je op te
   starten. Van deze twee is cfdisk beslist eenvoudiger in het gebruik,
   maar huidige versies ervan zijn ook minder tolerant bij een niet
   bestaande of beschadigde partitietabel.

   Daarom kan het zijn (vooral als je op ongebruikte hardware
   installeert) dat je met fdisk moet beginnen om in een zodanige
   situatie te geraken dat cfdisk ermee om kan gaan. Probeer cfdisk uit
   te voeren; als het foutmeldingen geeft, start je fdisk op. (Een juiste
   manier om verder te gaan als je een systeem opzet met alleen Linux en
   cfdisk geeft foutmeldingen terug, is het gebruik van fdisk om alle
   bestaande partities te verwijderen en dan cfdisk op te starten om de
   lege tabel te wijzigen.)

   Voor zowel fdisk en cfdisk gelden een aantal opmerkingen. Beiden nemen
   als argument de naam van de harde schijf waarop je Linux partities aan
   wilt maken. Apparaatnamen voor harde schijven zijn:

     * /dev/hda Eerste IDE drive
     * /dev/hdb Tweede IDE drive
     * /dev/sda Eerste SCSI drive
     * /dev/sdb Tweede SCSI drive

   Om bijvoorbeeld Linux partities aan te maken op de eerste SCSI disk op
   je systeem, gebruik je de opdracht (of het installatieprogramma zou
   die vanuit een menukeuze kunnen genereren):
   cfdisk /dev/sda

   Gebruik je fdisk of cfdisk zonder argument, dan zal het uitgaan van
   /dev/hda.

   Voor het aanmaken van Linux partities op de tweede harde schijf op je
   systeem, geef je bij het opstarten van fdisk gewoon /dev/hdb op (voor
   IDE drives) of /dev/sdb (voor SCSI drives).

   De Linux partities hoeven zich niet allen op dezelfde disk te
   bevinden. Wellicht dat je het root bestandssysteem bijvoorbeeld op
   /dev/hda wilt aanmaken en de swappartitie op /dev/hdb. Voer hiervoor
   eenmaal voor iedere disk fdisk of cfdisk uit.

   Onder Linux worden aan partities namen toegekend gebaseerd op de disk
   waaraan ze toebehoren. De eerste partitie op de harde schijf /dev/hda
   bijvoorbeeld is /dev/hda1, de tweede is /dev/hda2, enzovoort. Als je
   enige logische partities hebt, worden ze genummerd te beginnen met
   /dev/hda5, /dev/hda6 en zo verder.

   Opmerking

   Maak of verwijder geen partities voor andere besturingssystemen dan
   Linux aan met Linux fdisk of cfdisk. Dat wil zeggen, maak geen of
   verwijder geen MS-DOS partities met deze versie van fdisk; gebruik
   daarvoor in de plaats MS-DOS's versie van FDISK. Als je MS-DOS
   partities met fdisk probeert aan te maken, bestaat de kans dat MS-DOS
   de partitie niet zal herkennen en niet correct zal booten.

   Hier is een voorbeeld van het gebruik van fdisk. Hier hebben we een
   enkele MS-DOS partitie met 61693 blokken op de harde schijf, en de
   rest van de harde schijf is vrij voor Linux. (Onder Linux, is één blok
   gelijk aan 1024 bytes. Daarom zijn 61693 blokken ongeveer gelijk aan
   61 megabyte.) We zullen in dit voorbeeld slechts twee partities
   aanmaken, swap en root. Je zal dit waarschijnlijk uit moeten breiden
   tot vier Linux partities overeenkomstig de eerder aangegeven
   aanbevelingen: één voor het root bestandssysteem, één voor
   systeemsoftware, en een homedirectorygebied.

   Als eerste gebruiken we de opdracht ``p'' om de huidige partitietabel
   weer te geven. Zoals je kunt zien is /dev/hda1 (de eerste partitie op
   /dev/hda) een DOS-partitie van 61693 blokken.
Command (m for help):   p
Disk /dev/hda: 16 heads, 38 sectors, 683 cylinders
Units = cylinders of 608 * 512 bytes

     Device Boot  Begin   Start     End  Blocks   Id  System
  /dev/hda1   *       1       1     203   61693    6  DOS 16-bit >=32M

Command (m for help):

   Vervolgens gebruiken we de opdracht ``n'' om een nieuwe partitie aan
   te maken. De Linux rootpartitie zal een omvang hebben van 80 meg.
Command (m for help):  n
Command action
    e   extended
    p   primary partition (1-4)
p

   Hier wordt ons gevraagd of we een extended of primaire partitie aan
   willen maken. In de meeste gevallen wil je gebruik maken van primaire
   partities, tenzij je meer dan vier partities op een disk nodig hebt.
   Zie voor meer informatie de sectie ``Herpartitionering'.
Partition number (1-4): 2
First cylinder (204-683):  204
Last cylinder or +size or +sizeM or +sizeK (204-683): +80M

   De eerste cylinder moet de cylinder zijn NA die waar de laatste
   partitie is geëindigd. In dit geval eindigde /dev/hda1 op cylinder
   203, dus beginnen we de nieuwe partitie op cylinder 204.

   Zoals je kunt zien, geeft de notatie ``+80M'' een partitie aan met een
   omvang van 80 meg. Op vergelijkbare wijze geeft de notatie ``+80K''
   een partitie aan van 80 kilobytes, en ``+80'' slechts een partitie van
   80 bytes.
   Warning: Linux cannot currently use 33090 sectors of this partition

   Je kunt deze waarschuwing negeren als je die te zien krijgt. Het is
   overgebleven van een oude beperking waarbij Linux bestandssystemen
   slechts een omvang konden hebben van 64 meg. Bij de nieuwere typen
   bestandssystemen is dat echter niet meer het geval...partities kunnen
   nu een omvang hebben van tot wel 4 terabytes.

   Vervolgens maken we een swappartitie aan van 10 meg, /dev/hda3.
Command (m for help): n
Command action
    e   extended
    p   primary partition (1-4)
p

Partition number (1-4): 3
First cylinder (474-683):  474
Last cylinder or +size or +sizeM or +sizeK (474-683):  +10M

   Weer laten we de inhoud van de partitietabel weergeven. Zorg dat je
   deze informatie opschrijft, vooral als het gaat om de omvang van elke
   partitie in blokken. Je hebt deze informatie later nog nodig.
Command (m for help): p
Disk /dev/hda: 16 heads, 38 sectors, 683 cylinders
Units = cylinders of 608 * 512 bytes

     Device Boot  Begin   Start     End  Blocks   Id  System
  /dev/hda1   *       1       1     203   61693    6  DOS 16-bit >=32M
  /dev/hda2         204     204     473   82080   83  Linux native
  /dev/hda3         474     474     507   10336   83  Linux native

   Merk op dat de Linux swappartitie (hier, /dev/hda3) van het type
   ``Linux native'' is. We moeten het type swappartitie wijzigen in
   ``Linux swap'' zodat het installatieprogramma het als zodanig zal
   herkennen. Hiervoor gebruik je de fdisk opdracht ``t'':
Command (m for help): t
Partition number (1-4): 3
Hex code (type L to list codes): 82

   Als je ``L'' gebruikt om de typen codes weer te geven, zul je zien dat
   82 het type is dat correspondeert met Linux swap.

   Gebruik de opdracht ``w'' om uit fdisk te gaan en de wijzigingen aan
   de partitietabel op te slaan. Gebruik de opdracht ``q'' om fdisk
   ZONDER opslaan van wijzigingen te verlaten.

   Nadat je uit fdisk bent gegaan, kan het systeem je aangeven je systeem
   te herstarten om er zeker van te zijn dat de wijzigingen van kracht
   zijn. Over het algemeen is er geen enkele reden om na het gebruik van
   fdisk je systeem te herstarten. Moderne versies van fdisk en cfdisk
   zijn slim genoeg dat ze zonder een herstart van het systeem de
   partities bij kunnen werken.
     _________________________________________________________________

Stappen na het partitioneren

   Nadat je de partitietabellen hebt gewijzigd, zou je
   installatieprogramma ze moeten bekijken en je aanbieden de
   swappartitie voor je te activeren. Bevestig dit.

   (Hier is een vraag van gemaakt, in plaats van het automatisch te doen,
   vanwege de kans dat je een dual-boot systeem draait en één van je
   niet-Linux partities op een swap-volume zou kunnen lijken.)

   Vervolgens zal het programma je vragen aan de te gebruiken partities,
   niet zijnde swapparties, een Linux bestandssysteemnaam (zoals /, /usr,
   /var, /tmp, /home, /home2, enz.) toe te kennen.

   Hier is slechts één regel voor. Er moet een root bestandssysteem zijn,
   met de naam /, en het moet opstartbaar zijn. Je kunt aan andere Linux
   partities de naam geven die je wilt. Maar er zijn een aantal
   conventies over de benoeming van deze partities die je later het leven
   waarschijnlijk vereenvoudigen.

   Al eerder raadde ik een basissetup bestaande uit drie partities aan,
   waaronder een kleine root, een middelmatige systeemsoftware partitie,
   een grote partitie voor homedirectory's. Traditiegetrouw worden deze
   /, /usr en /home genoemd. De tegen-intiutieve`/usr' naam is een
   historisch overblijfsel uit de tijd dat (veel kleinere) Unix systemen
   uit systeemsoftware en homedirectory's van gebruikers op een enkele
   niet-root partitie voorkwamen. Sommige softwarepakketten rekenen erop.

   Volgens conventie worden meerdere home-directory gebieden, /home,
   /home2, home3, enz. genoemd. Hiervan kan sprake zijn als je twee
   fysieke disks hebt. Op mijn persoonlijke systeem bijvoorbeeld, ziet de
   huidige lay-out er zo uit:
Filesystem         1024-blocks  Used Available Capacity Mounted on
/dev/sda1              30719   22337     6796     77%   /
/dev/sda3             595663  327608   237284     58%   /usr
/dev/sda4            1371370    1174  1299336      0%   /home
/dev/sdb1            1000949  643108   306130     68%   /home2

   De tweede disk (sdb1) bestaat in werkelijkheid niet geheel uit /home2;
   de swappartities op sda en sdb worden in deze weergave niet getoond.
   Maar je kunt zien dat /home het grote vrije gebied is op sda en /home2
   het gebruikersgebied is van sdb.

   Wil je een partitie voor variabele gegevens, spool, tijdelijke mail,
   en nieuwsbestanden, noem het dan /var. Een andere mogelijkheid is het
   aanmaken van een /usr/var en een symbolische link met de naam /var die
   ernaar verwijst (het kan zijn dat het installatieprogramma je aanbiedt
   dit voor je te doen).
     _________________________________________________________________

Softwarepackages installeren

   Zodra je het prepareren van je partitie achter je hebt liggen, zou de
   rest van de installatie vrijwel automatisch moeten verlopen. Het
   installatieprogramma (of het nu op basis van EGA of X is) zal je door
   een serie menu's leiden die het je mogelijk maken de CD-ROM waarvan te
   installeren, de te gebruiken partities, enzovoort, op te geven.

   We gaan hier niet alle details van deze fase van de installatie
   documenteren. Het is één van die onderdelen die het meest variëren
   tussen de verschillende Linux distributies (volgens traditie
   concurreren verkopers op dit punt door hier waarde aan toe te voegen),
   maar het is ook het simpelste onderdeel. En de installatieprogramma's
   zijn tamelijk zelfuitleggend, met goede hulp op het scherm.
     _________________________________________________________________

Na installatie van de packages

   Als de installatie eenmaal compleet is, en alles goed gaat, zal het
   installatieprogramma een paar opties met je doorlopen om je systeem te
   configureren voordat het voor de eerste keer vanaf de harde schijf zal
   booten.
     _________________________________________________________________

LILO, de LInux LOader

   LILO (wat staat voor LInux LOader) is een programma die je de
   mogelijkheid geeft Linux vanaf de harde schijf te booten (als ook
   andere besturingssystemen, zoals MS-DOS).

   Het kan zijn dat je de optie krijgt LILO op je harde schijf te
   installeren. Antwoord `yes', tenzij je OS/2 draait. OS/2 heeft
   speciale vereisten; zie [44]Aangepaste LILO Configuratie hieronder.

   LILO als je primaire bootloader installeren, maakt dat een aparte
   bootdiskette onnodig is; in plaats daarvan kun je LILO iedere keer dat
   je het systeem start, welk OS het moet booten.
     _________________________________________________________________

Maken van een productie bootdisk (optioneel)

   Het kan ook zijn dat je de kans wordt gegeven een ``standaard
   bootdisk'' aan te maken, die je kunt gebruiken om je nieuw
   geïnstalleerde Linux systeem te booten. (Dit is een oudere en iets
   minder comfortabele methode die veronderstelt dat je normaal gesproken
   DOS boot, maar de bootdisk gebruikt om Linux te starten.)

   Hiervoor heb je een lege, high-density onder MS-DOS geformatteerde
   diskette nodig van het type waarmee je je systeem boot. Doe gewoonweg
   de diskette erin wanneer daar om wordt gevraagd en er zal een
   bootdiskette worden aangemaakt. (Dit is niet hetzelfde als een
   installatiebootdisk en je kunt de één niet voor de ander vervangen!).
     _________________________________________________________________

Diverse systeemconfiguratie

   Het kan zijn dat de post-installatie procedure je door verscheidene
   menu-items loodst om je de mogelijkheid te geven je systeem te
   configureren. Hieronder valt het specificeren van je modem en
   muisapparaat, als ook het instellen van de tijdzone. Volg de
   menu-opties.

   Het kan zijn dat het je tevens aanwijzingen geeft gebruikersaccounts
   aan te maken of een wachtwoord op het root (administratie) account in
   te stellen. Dit is niet zo ingewikkeld en je kunt gewoonlijk gewoon de
   instructies op het scherm doorlopen.
     _________________________________________________________________

Booten van je nieuwe systeem

   Als alles is gegaan zoals gepland, zou je nu in staat moeten zijn
   Linux met behulp van LILO vanaf de harde schijf te booten. Als
   alternatief zou je vanaf de bootdiskette moeten kunnen booten (niet
   vanaf de originele bootdisk, maar de diskette die na het installeren
   van de software is aangemaakt). Na het booten log je in als root.
   Gefeliciteerd! Je hebt je eigen Linux systeem.

   Als je met behulp van LILO boot, probeer dan tijdens het booten shift
   of control in te drukken. Hierdoor krijg je een bootprompt; druk op
   tab voor een lijst met opties. Op deze manier kun je direct vanuit
   LILO, Linux, MS-DOS of wat dan ook booten.
     _________________________________________________________________

Na je eerste boot

   Als het goed is zie je nu de loginprompt van een nieuw net geboot
   Linux vanaf je harde schijf. Gefeliciteerd!

   De [45]GNU/Linux post-install procedures geeft een aantal goede
   suggesties over wat je net na de installatie kunt doen om problemen
   later tot een minimum te beperken.
     _________________________________________________________________

Begin van Systeembeheer

   Afhankelijk van hoe de installatiefase verliep, moet je wellicht nog
   accounts aanmaken, je hostnaam wijzigen, of X in deze fase
   (her)configureren. Er is nog heel wat meer wat je in zou kunnen
   stellen en configureren, waaronder backupdevices, SLIP/PPP links naar
   een Internet Service Provider, enz.

   Wat zou kunnen helpen is een goed boek over UNIX systeembeheer. (Ik
   raad je het boek Essential Systems Administration van O'Reilly and
   Associates aan.) Naarmate de tijd verstrijkt zul je deze dingen
   oppikken. Je zou de diverse andere Linux HOWTO's moeten lezen, zoals
   de NET-3-HOWTO en Printing-HOWTO, voor informatie over andere
   configuratietaken.
     _________________________________________________________________

Aangepaste LILO-configuratie

   LILO is een bootloader, die kan worden gebruikt om óf Linux óf DOS of
   een ander besturingssysteem tijdens de systeemstart te selecteren. De
   kans bestaat dat je distributie automatisch LILO voor je configureerde
   tijdens de installatiefase. (tenzij je OS/2 gebruikt, is dit wat je
   zou hebben moeten doen). Als dit zo is, dan kun je de rest van deze
   sectie overslaan.

   Als je LILO als de primaire bootloader installeerde, zal het 't de
   eerste fase van het bootproces voor alle besturingssystemen op je disk
   afhandelen. Dit werkt goed als MS-DOS het enige andere
   besturingssysteem is dat je hebt geïnstalleerd. Het zou echter kunnen
   dat je OS/2 draait, die een eigen Boot Manager heeft. In dit geval wil
   je de Boot Manager van OS/2 als primaire bootloader, en LILO (als de
   secundaire bootloader) om alleen Linux te booten.

   Een belangrijk punt voor mensen die gebruik maken van EIDE systemen:
   vanwege een beperking van de BIOS, moeten bootsectoren voor een OS
   voorkomen op één van de eerste twee fysieke disks. Anders zal het
   systeem na het schrijven van "LI" blijven hangen, ongeacht van waaraf
   je het uitvoert.

   Mocht je LILO met de hand moeten configureren, dan bestaat dit uit het
   wijzigen van het bestand /etc/lilo.conf. Hieronder geven we een
   voorbeeld van een LILO configuratiebestand, waarbij de Linux
   rootpartitie zich bevindt op /dev/hda2, en MS-DOS is geïnstalleerd op
   /dev/hdb1 (op de tweede harde schijf).
# Vertel LILO zichzelf te installeren als de primaire bootloader op /dev/hda.
boot = /dev/hda
# Het te installeren bootimage; waarschijnlijk is het beter dat je dit niet
# wijzigt
install = /boot/boot.b

# Het gedeelte voor het booten van Linux.
image = /vmlinuz       # De kernel is in /vmlinux
  label = linux        # Geef het de naam "linux"
  root = /dev/hda2     # Gebruik /dev/hda2 als het root bestandssysteem
  vga = ask            # Vraag naar de te gebruiken VGA modus
  append = "aha152x=0x340,11,7,1"  # Voeg dit toe aan de bootopties,
   # voor het detecteren van de SCSI controller

# Het gedeelte voor het booten van MS-DOS
other = /dev/hdb1      # Dit is de MS-DOS partitie
  label = msdos        # Geef het de naam "msdos"
  table = /dev/hdb     # De partitietabel voor de tweede disk

   Zodra je het bestand /etc/lilo.conf hebt gewijzigd, start je als root
   /sbin/lilo op. Hiermee zal LILO op je disk worden geïnstalleerd. Elke
   keer als je de kernel opnieuw compileert, moet je /sbin/lilo opnieuw
   opstarten om de bootloader er correct naar te laten verwijzen (iets
   waar je je nu nog geen zorgen om hoeft te maken, maar houd het in
   gedachten).

   Let op hoe we de optie append in /etc/lilo.conf gebruiken om
   bootparameters op te geven zoals we dit deden bij het booten van de
   bootdisk.

   Je kunt je systeem nu vanaf de harde schijf booten. Standaard zal LILO
   het besturingssysteem, dat als eerste in het configuratiebestand is
   genoemd, booten, wat in dit geval Linux is. Om ervoor te zorgen dat er
   een bootmenu verschijnt om een ander besturingssysteem uit te kunnen
   kiezen, druk je de shift of ctrl in terwijl het systeem boot; als het
   goed is, zie je de prompt:
   Boot:

   Vul hier de naam in van het te booten besturingssysteem (gegeven door
   de label regel in het configuratiebestand; in dit geval is dat linux
   of msdos), of druk op tab voor een lijst.

   Stel nu dat je LILO als de secundaire bootloader wilt gebruiken; als
   je bijvoorbeeld Linux vanuit de bootmanager van OS/2 wilt booten. Om
   een Linux partitie vanuit de OS/2 Boot Manager te kunnen booten, moet
   je helaas de partitie met FDISK van OS/2 (niet die van Linux)
   aanmaken, en de partitie formatteren als FAT of HPFS, zodat OS/2 het
   herkent. (Voor jou is dat IBM.)

   Om LILO Linux vanuit de OS/2 Boot Manager te laten booten, installeer
   je LILO slechts op je Linux root bestandssysteem (in het bovenstaande
   voorbeeld is dat /dev/hda2). In dit geval zou het configuratiebestand
   van LILO er ongeveer zo uit komen te zien:
boot = /dev/hda2
install = /boot/boot.b
compact

image = /vmlinuz
  label = linux
  root = /dev/hda2
  vga = ask

   Let op de wijziging in de boot regel. Na de uitvoering van /sbin/lilo
   zou je in staat moeten zijn om de Linux partitie aan de Boot Manager
   toe te voegen. Dit mechanisme zou tevens moeten werken voor
   bootloaders die door andere besturingssystemen worden gebruikt.
     _________________________________________________________________

Administratieve zaken

Gebruiksvoorwaarden

   Dit document is auteursrechtelijk beschermd 1998 door Eric S. Raymond.
   Je mag het vrijelijk gebruiken, verspreiden en reproduceren, op
   voorwaarde dat:

     * Je deze copyrightmelding niet weglaat of aanpast (je mag het
       vertalen)
     * Je het versienummer en de datum niet weglaat of aanpast.
     * Je de verwijzing van het document naar de huidige WWW-versie niet
       weglaat of aanpast.
     * Duidelijk als zodanig aangeeft, als het om een gewijzigde of
       ingekorte versie gaat.

   Deze beperkingen zijn bedoeld om potentiële lezers te beschermen tegen
   oude of verminkte versies. Vraag het me als je denkt een goede reden
   te hebben voor een uitzondering.
     _________________________________________________________________

Erkenningen

   Mijn dankbare erkenning aan Matt D. Welsh, die deze HOWTO van origine
   schreef. Ik verwijderde veel van de Slackware specifieke inhoud en
   richtte de rest van het document op de CD-ROM installatie, maar een
   substantieel deel van de inhoud is nog steeds van hem.

   Versie 4.1 werd door een aantal suggesties van David Shao
   <[46]dshao@best.com> gedeeltelijk verbeterd.

References

   1. http://www.tuxedo.org/~esr/
   2. mailto:esr@thyrsus.com
   3. mailto:bokkie@nl.linux.org
   4. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#INTRODUCTION
   5. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#CHANGES
   6. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#BUY
   7. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#BEFORE
   8. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#OVERVIEW
   9. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#DETAILS
  10. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#FIRSTBOOT
  11. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#AFTERBOOT
  12. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#ADMINISTRIVIA
  13. http://linux.softcatala.org/projectes/doc/install/index.html
  14. http://www.lugos.si/delo/slo/HOWTO-sl/Installation-HOWTO-sl.html
  15. http://qwert.cs/linux/howto/
  16. http://www.linuxdoc.org/
  17. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/Installation-HOWTO.html
  18. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/INFO-SHEET.html
  19. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/META-FAQ.html
  20. http://www.nondot.org/sabre/os/files/Booting/x86Bootstrapping.html
  21. http://www.linuxdoc.org/
  22. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/Installation-HOWTO/
  23. mailto:esr@thyrsus.com
  24. news:comp.os.linux.setup
  25. http://members.tripod.com/~algolog/lnxchk.htm
  26. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/Hardware-HOWTO.html
  27. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/INFO-SHEET.html
  28. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/CDROM-HOWTO.html
  29. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/XFree86-HOWTO.html
  30. http://www.linux-m68k.org/pub/faq/faq.html
  31. http://lwn.net/
  32. http://metalab.unc.edu/pub/Linux/distributions/
  33. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/BootPrompt-HOWTO.html
  34. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/Busmouse-HOWTO.html
  35. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/Bootdisk-HOWTO.html
  36. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/mini/Linux+DOS+Win95+OS2.html
  37. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/mini/Linux+Win95.html
  38. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/mini/Linux+NT-Loader.html
  39. http://www.gnu.org/software/parted
  40. http://metalab.unc.edu/pub/Linux/system/install
  41. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/mini/Partition.html
  42. ftp://metalab.unc.edu/pub/Linux/docs/HOWTO/unmaintained/mini/Swap-Space
  43. http://www.linuxdoc.org/HOWTO/mini/Large-Disk.html
  44. file://localhost/tmp/Installation-HOWTO-NL/Installation-HOWTO-NL.html#CUSTOM-LILO
  45. http://algolog.tripod.com/postlnx.htm
  46. mailto:dshao@best.com